Situatieve arbeidsongeschiktheid niet gelijk te stellen met slapend dienstverband

Geschreven door: D. Deijle
Geplaatst op www.ojau.nl, 18 augustus 2020

Het is weer tijd om even een interessante uitspraak kort uit te lichten, zoals deze. Op 14 juli 2020 heeft de rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak waarin een werkneemster zich tot de kantonrechter had gewend. Werkneemster verzocht de kantonrechter om een zogeheten verklaring voor recht te geven dat zij situatief arbeidsongeschikt is en niet meer bij haar werkgever hoeft terug te keren, en om de werkgever te veroordelen de arbeidsovereenkomst tussen partijen op te zeggen onder toekenning van een transitievergoeding.

Slapend dienstverband

Een werknemer heeft recht heeft op een transitievergoeding van de werkgever bij ontslag na een dienstverband van minimaal twee jaar (artikel 7:673 lid 1 Burgerlijk Wetboek). Als een werknemer twee jaar ziek is geweest, kan de werkgever ook kiezen voor een zogenaamd ‘slapend dienstverband’. In plaats van te ontslaan houdt de werkgever de werknemer in dienst. De wetgever heeft onderkend dat een slapend dienstverband onwenselijk is en heeft de Wet compensatie transitievergoeding in het leven geroepen (in werking getreden op 1 april 2020).

Een ziekte werknemer kan zich in bepaalde gevallen met succes tot de rechter wenden wanneer de werkgever niet wil meewerken aan beëindiging van het dienstverband. In de rechtspraak is namelijk geoordeeld dat in geval van een ‘slapend dienstverband’, een werkgever op grond van goed werkgeverschap in beginsel gehouden is in te stemmen met een voorstel van de werknemer tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden, onder toekenning van een vergoeding aan de werknemer ter hoogte van de wettelijke transitievergoeding (zie de uitspraak van de Hoge Raad van 8 november 2019, gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, met nummer ECLI:NL:HR:2019:1734 (Xella)).

In de zaak waar het nu om gaat, oordeelde de rechtbank Noord-Holland dat er geen sprake was van een slapend dienstverband. De werkneemster kon naar het oordeel van de UWV verzekeringsarts haar werk weer hervatten. Ook heeft de rechtbank uitgelegd dat de hierboven vermelde uitspraak van de Hoge Raad niet toeziet op de situatie wanneer sprake is van 'situatieve arbeidsongeschiktheid'.

Situatieve arbeidsongeschiktheid

Deze vorm van arbeidsongeschiktheid kan ontstaan door een arbeidsconflict of door privé omstandigheden.

Volgens de rechtbank Noord-Holland verschilt een ‘slapend dienstverband’ van ‘situatieve arbeidsongeschiktheid’, omdat in het eerste geval sprake is van langdurige arbeidsongeschiktheid wegens ziekte en in het tweede geval niet. De werknemer acht zich dan op grond van (dreigende) psychische of lichamelijke klachten niet in staat tot het verrichten van zijn werkzaamheden, hoewel ten aanzien van de arbeidsgeschiktheid geen medische beperkingen van psychische of fysieke aard kunnen worden vastgesteld, zodat van arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte geen sprake is.

Het verzoek van verzoekster om de werkgever te veroordelen om de arbeidsovereenkomst tussen partijen op te zeggen onder toekenning van een transitievergoeding, is daarom afgewezen. Zie hier de volledige uitspaak ECLI:NL:RBNHO:2020:5545.

Lees hier meer over slapend dienstverband:

Hoge Raad over slapend dienstverband

Slapend dienstverband

Ga naar verzamelpagina